De autonomie van het strafrecht en het failllissement

20/02/2022

Bespreking Cassatie 1 februari 2022

Sinds vele jaren is het faillissementsrecht humaner geworden. Eerder dan gefailleerden persoonlijk te sanctioneren, wordt volop ingezet op een tweede kans, een nieuwe start.

Deze evolutie betekent niet dat het strafrecht het faillissement volledig heeft losgelaten. De artikelen 489 e.v. van het Strafwetboek bevatten nog steeds – en terecht – een aantal misdrijven die verband houden met (de staat van) het faillissement.

Hierbij moet rekening worden gehouden met de autonomie van het strafrecht. Het arrest van 1 februari 2022 (her)bevestigt deze autonomie.

Het Hof oordeelde onder meer

Het staat aan de strafrechter ingeval van een vervolging wegens de door de artikelen 489bis, 2° en 4°, en 489ter, 1°, Strafwetboek bedoelde insolventiemisdrijven, de datum te bepalen van het werkelijk faillissement indien daarover betwisting wordt gevoerd. De strafrechter is daarbij niet gebonden door de door het ondernemingsgerecht aangenomen datum.

De strafrechter oordeelt onaantastbaar of aan de voorwaarden van het op duurzame wijze opgehouden hebben van betalen en het geschokt zijn van het krediet is voldaan. Het Hof gaat wel na de of rechter uit zijn vaststellingen geen gevolgen afleidt die op grond daarvan onmogelijk kunnen worden verantwoord…

Volledige bespreking en bron : Corporate Finance Lab

Gerelateerde opleidingen

Zoek

Nieuws per domein

Meest gelezen

Let's connect