Het verplicht overhandigen van een gsm-toegangscode aan de onderzoeksrechter: staan het zwijgrecht en het verbod op zelfincriminatie op een helling?

Samengevat is het Hof van Cassatie de mening toegedaan dat het vermoeden van onschuld en het verbod op zelfincriminatie in de weegschaal dienen te worden gelegd met de mogelijkheid van de onderzoekers om materiële bewijselementen te verkrijgen.

Immers, volgens het Hof van Cassatie hebben het afstaan van DNA, vingerafdrukken en een toegangscode van een gsm gemeen dat zij allen de toegang verschaffen tot bewijselementen die statisch zijn, onafhankelijk van de wil bestaan en al dusdanig geen zelf-incriminerend karakter hebben.

Dit is volgens het Hof van Cassatie bijvoorbeeld verschillend van verklaringen die een verdachte onder dwang aflegt, aangezien dergelijke bewijsmiddelen wel volledig afhangen van diens wil.

Kortom, het afstaan van een toegangscode is volgens het Hof van Cassatie neutraal en is te onderscheiden van eventueel incriminerende gegevens die na uitlezing van de gsm te achterhalen zijn.

Volledig artikel en bron: Vansteenbrugge advocaten

Gerelateerde opleidingen

Zoek

Nieuws per domein

Meest gelezen

Let's connect