Planschade en 50 meter: een nieuw twistpunt verduidelijkt

31/05/2022

Het Grondwettelijk Hof geeft in haar arrest van 17 februari 2022 (nr. 27/2022) antwoord op een prejudiciële vraag van de Rechtbank van Eerste Aanleg Limburg, afdeling Tongeren.

In haar arrest verwijst het Grondwettelijk Hof naar de parlementaire overweging van het Vlaams Parlement die stelt (Parl. St., Vlaams Parlement, 2016-2017, nr. 1149/1, p. 81):

door de verwijzing naar art. 5 van het KB van 1972 gaat het om woongebieden in de ruime zin, d.w.z. dat “gewone” woongebieden maar bijv. ook landelijk woongebied, woonparken e.d. er onder vallen, én ook de woonuitbreidingsgebieden (in de mate dat voor dergelijk gebied een planschadevergoeding zou kunnen worden verkregen);”

Vervolgens maakt het Grondwettelijk Hof in een vrij summiere paragraaf de beoordeling dat vermits in woonuitbreidingsgebieden het accent op het wonen ligt, de decreetgever vermocht te oordelen dat de gronden gelegen in die gebieden (m.n. woongebieden in ruime zin en dus ook woonuitbreidingsgebieden) niet het voorwerp dienen uit te maken van een vergoeding voorbij vijftig meter vanaf de rooilijn.

De in het geding zijnde beperking van de planschadevergoeding legt dan ook – zo stelt het Grondwettelijk Hof – geen onevenredige last op aan de eigenaars van bouwgronden in woonuitbreidingsgebieden.

Het is het zoveelste arrest in rij omtrent de planschadevergoedingsregeling. Zowel het Grondwettelijk Hof als het Hof van Cassatie hebben meermaals duiding moeten geven bij de decreettekst. Het is vervolgens aan de rechters in eerste en laatste aanleg om concreet de voorwaarden toe te passen en de berekening van de planschadevergoeding te maken.

Volledig artikel en bron : Gevaco advocaten

Gerelateerde opleidingen

Nieuws per domein

Meest gelezen

Let's connect