“Zwijgrecht” is geen synoniem voor “obstructierecht”

Samenvatting

Een natuurlijke persoon tegen wie een administratief onderzoek wegens handel met voorwetenschap is ingesteld, heeft het recht om te zwijgen wanneer uit zijn antwoorden zou kunnen blijken dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan een inbreuk die met administratieve sancties van strafrechtelijke aard wordt bestraft, of dat hij strafrechtelijk aansprakelijk is.

Het zwijgrecht kan echter niet rechtvaardigen dat de betrokkene niet meewerkt met de bevoegde autoriteiten, bijvoorbeeld door te weigeren om op een verhoor te verschijnen of door vertragingstactieken toe te passen.

Tekst van het arrest/

ARREST VAN HET HOF (Grote kamer) – 2 februari 2021 – voorlopige versie (C-481/19)

Prejudiciële verwijzing – Onderlinge aanpassing van de wetgevingen – Marktmisbruik – Richtlijn 2003/6/EG – Artikel 14, lid 3 – Verordening (EU) nr. 596/2014 – Artikel 30, lid 1, onder b) – Weigering om met de bevoegde autoriteiten mee te werken – Administratieve sancties en/of andere administratieve maatregelen – Uitlegging die in overeenstemming is met de grondrechten – Artikelen 47 en 48 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – Zwijgrecht – Reikwijdte

Volledig bespreking en bron : Waeterinckx advocaten – Patrick Waeterinckx

Gerelateerde opleidingen

Tijdens Ondernemingsstrafrecht komen volgende actuele onderdelen aan bod:

  • Actualia materieel cyber(ondernemings)strafrecht / Onderzoeksverrichtingen in cyberspace: een stand van zaken
  • Actualia fiscaal straf(proces)recht op basis van recente wetgeving en rechtspraak

Nieuws per domein

Meest gelezen

Let's connect