
AI en machineveiligheid: wat verandert er met de nieuwe wet?
De komst van de nieuwe Europese machineverordening (EU) 2023/1230 verandert het speelveld voor machinebouwers, integratoren en preventieadviseurs grondig.
Waar de vroegere machinerichtlijn 2006/42/EG vooral focuste op fysieke veiligheidscomponenten, erkent de nieuwe verordening nu ook software en artificiële intelligentie (AI) als mogelijke veiligheidscomponenten.
Een belangrijke stap vooruit — maar tegelijk een complex vraagstuk:
👉 Wanneer is software een veiligheidscomponent, en wanneer is het gewoon een operationeel hulpmiddel?
👉 En hoe beoordeel je dat correct in het kader van CE-markering?
AI en machineveiligheid: wat verandert er met de nieuwe wet?
De nieuwe verordening verruimt het begrip ‘veiligheidscomponent’
De machineverordening 2023/1230 breidt de klassieke definitie van een veiligheidscomponent fors uit.
Niet enkel fysieke onderdelen zoals lichtschermen of noodstops vallen eronder, maar ook zelfstandige software die veiligheidsfuncties uitvoert.
“Software die ingrijpt bij een gevaarlijke situatie, of een AI-algoritme dat afwijkend gedrag herkent en een machine automatisch stillegt — dat zijn vandaag volwaardige veiligheidscomponenten.”
— Niels Ongkowidjojo, medeoprichter van SafetyPilots
Dat betekent ook dat deze software aan dezelfde eisen moet voldoen als traditionele veiligheidscomponenten:
- Betrouwbaarheid en voorspelbaarheid van het gedrag
- Traceerbare validatie van de functionaliteit
- Documentatie en onderhoudbaarheid over de volledige levensduur van de machine
Met andere woorden: software krijgt een plaats in de veiligheidsketen, mét bijbehorende verantwoordelijkheid.
Het grijze gebied van operationele software
Maar er is ook een keerzijde.
Software en AI worden vandaag steeds vaker ingezet voor operationele doeleinden: denk aan optimalisatie, adaptieve besturing, onderhoudsvoorspelling of energie-efficiëntie.
Dat zijn toepassingen die onder de normale werking vallen — ze zijn niet bedoeld als veiligheidsmaatregel.
Toch wordt de grens tussen veiligheid en functionaliteit steeds vager.
“Een AI-systeem dat bedoeld is om de efficiëntie te verhogen, kan onbedoeld ook veiligheidsbeslissingen nemen,” waarschuwt Ongkowidjojo.
Een klassiek voorbeeld:
Een AI-module past de snelheid van een robotarm automatisch aan op basis van de omgeving.
Klinkt efficiënt — maar als dat gedrag invloed heeft op het risico voor de operator, wordt het plots ook een veiligheidsvraagstuk.
Daarom moet de fabrikant kunnen aantonen dat:
- De veiligheidsfunctie strikt gescheiden is van de operationele logica
- Er fail-safe mechanismen bestaan bij een fout of falen van de AI
- De risicobeoordeling expliciet rekening houdt met het gedrag van de software
Wil je hier dieper op ingaan?
Tijdens het senTRAL-webinar “De nieuwe machineverordening 2023/1230” lichten Niels Ongkowidjojo en Koen Mortelmans (SafetyPilots) toe wat er precies verandert en hoe jij je organisatie nu al kunt voorbereiden.
En wie écht de diepte in wil, kan zich inschrijven voor de 6-daagse opleiding “Certified Expert Machineveiligheid”.
Daarin leer je stap voor stap hoe je software, AI en alle andere veiligheidscomponenten correct evalueert en conformeert aan de nieuwe regelgeving.
AI vraagt om een nieuwe veiligheidsreflex
De kernboodschap?
Met de komst van de machineverordening wordt AI niet langer een black box, maar een actieve speler in de veiligheidsanalyse.
Dat vraagt om nieuwe kennis, nieuwe tools én een kritische houding bij ontwerp, validatie en CE-markering.
“Software is niet zomaar code,” besluit Ongkowidjojo.
“Ze kan levens beïnvloeden. Daarom moeten we ze beoordelen met hetzelfde veiligheidsdenken dat we altijd al toepasten op fysieke componenten.”
Over Niels Ongkowidjojo
Niels Ongkowidjojo startte zijn loopbaan als E&I-technieker en groeide vanuit die praktijkervaring door naar engineering en automatisatie. In elke functie bleef één rode draad aanwezig: veiligheid integreren op een doordachte en werkbare manier.
Vandaag begeleidt hij via SafetyPilots bedrijven bij het vertalen van complexe regelgeving, zoals ATEX en CE-markering, naar haalbare oplossingen. Niels staat bekend om zijn praktijkgerichte aanpak en zijn vermogen om technische normen helder en toepasbaar te maken voor elk niveau.